U moet Javascript inschakelen om deze website te bezoeken.
U probeert deze website te bezoeken via Internet Explorer.
Deze website ondersteunt Internet Explorer niet.
Vanaf 2019 adviseert Microsoft aan Windowsgebruikers om te stoppen met het gebruik van Internet Explorer als standaard webbrowser.
Overweeg om één van de volgende gratis browsers te downloaden op uw Windowscomputer:
Wij hopen u gauw te mogen verwelkomen op Openluchtmuseum.nl!
Hoe de televisie onze avondbesteding veranderde
Ruim een halve eeuw geleden nam de televisie onze huiskamer over. Het toestel bracht hele straten samen. Nu kijken we meestal alleen of in een klein gezelschap, vanaf de bank of een luie stoel.
In de jaren vijftig van de twintigste eeuw maakte de televisie haar intrede in de Nederlandse huiskamer. Niet iedereen had meteen een eigen televisie, dus kwamen mensen samen om naar het wereldkampioenschap voetbal of het Eurosongfestival te kijken. ‘Je kreeg toen de hele buurt over de vloer’ of ‘ging gezellig samen kijken bij de buren die er al een hadden’ – misschien herinner je het zelf nog wel, of vraag het anders eens aan je ouders of grootouders.
De televisie was nieuw en spraakmakend in de jaren 1960. Onvergetelijke momenten waren de geldinzamelingsactie van Mies Bouwman voor ‘Het Dorp’ en natuurlijk de eerste bemande maanlanding. Eerst was er maar één kanaal, later kwamen er meer zenders. Steeds meer Nederlanders konden een eigen televisie betalen; het was niet langer nodig om de deur uit te gaan en elkaar te ontmoeten voor een avondje TV.
In de jaren vijftig stond in de meeste Nederlandse huiskamers nog een eettafel in het midden van de kamer. Hier werd gegeten en ‘s avonds konden er spelletjes worden gespeeld, zoals Ganzenbord en Mens-erger-je-niet. Met de komst van de televisie schoof diezelfde tafel, die altijd het middelpunt was geweest, naar de zijkant van de kamer: je moest de televisie wél vanuit iedere hoek kunnen zien.
De televisie veranderde zo in enkele decennia niet alleen de inrichting van ons huis, maar vooral onze avondbesteding. Rond 1970 keek de gemiddelde Nederlander 90 minuten per dag televisie. Tegenwoordig, tijdens de coronacrisis, is dat zelfs opgelopen naar 225 minuten per dag. Het beeldscherm slokt als geen ander onze tijd op.
Al in 1956, bij de viering van vijf jaar televisie in Nederland, waarschuwde minister Jo Cals dat wij geen ‘slaven van een gewoonte’ moeten worden. Tegenwoordig drukken we ons anders uit, maar zijn wij ook nog weleens verslaafd aan het beeld. Misschien heb je op dit moment wel last van vierkante ogen of zitten er nu beeldbuiskinderen op de bank? Wij doen er bijna allemaal aan mee.
Het nieuwe van toen is er wel van af. We kunnen niet meer zonder, maar zien ook de positieve kanten. De televisie brengt ons nu al ruim een halve eeuw informatie en vermaak, maar brengt het apparaat ons nog steeds samen?
Tim Smeets
Conservator Nederlands Openluchtmuseum